- Tentoonstelling: Het leven in beweging
- Zelf een film maken
Smalfilm
Met de komst van de veilig te gebruiken en goedkopere 9,5mm en 16mm filmformaten in de jaren 1920, werd het zelf maken van films toegankelijk voor een grotere groep gebruikers. In 1923 introduceerde de Eastman Kodak Company het 16mm filmformaat samen met de Kodascope projector en Ciné-Kodak camera. Kodaks 16mm film en Pathé's 9,5mm film werden 'smalfilms' genoemd vanwege de relatief kleine afmetingen vergeleken met de breedte van de 35mm film, die door professionals werd gebruikt. Al snel ontwikkelden de 16mm en 9,5mm films zich tot de standaardformaten voor de amateurfilmer.
Vergeleken met de grotere 35mm film waren Pathé's en Kodaks smalfilms niet alleen goedkoper. Ze maakten ook een nieuw proces van filmontwikkeling mogelijk: directe omkeerfilm. In tegenstelling tot het negatief-positief ontwikkelproces, waarbij eerst een negatieffilm werd ontwikkeld om een positieve afdruk te kunnen maken, maakt omkeerfilm het mogelijk om direct een positieve afdruk te maken tijdens het ontwikkelen. Door het elimineren van de extra negatieffilm werden de filmkosten aanzienlijk verlaagd.
Vergelijkingstabel met daarin 35mm film vergeleken met kleinere filmbreedten, waaronder 16mm en 9,5mm film. Zie voor een overzicht van de meer dan honderd verschillende smalfilmformaten de persoonlijke website van de Nederlandse amateurfilmer en filmverzamelaar IJsbrand Rogge: https://wichm.home.xs4all.nl/filmsize.html.
Ciné-Kodak systeem
De Kodascope 16mm filmprojector en de Ciné-Kodak 16mm filmcamera werden oorspronkelijk als één set verkocht, samen met een projectiescherm, statief en plakpers. Op deze manier stimuleerde Kodak amateurs om hun eigen films te maken.
Het eerste Ciné-Kodak model had een vaste Kodak Anastigmat 25mm f/3.5-lens en werd met de hand bediend, vergelijkbaar met Pathé's eerste 9,5mm filmcamera uit 1923. Om zelf een film te maken draaide je aan de slinger, gevestigd aan de rand van de camera, met een snelheid van twee omwentelingen per seconde. Hiermee konden 16 beelden per seconde worden opgenomen. Voor het maken van een stabiele opname met deze camera was een statief noodzakelijk.
Een Ciné-Kodak 16mm filmcamera, model M.
Fragment van de film Zo de ouden zongen, zo piepen de jongen, een amateurfilm van Wouter Gerhard Kuyck uit 1938, waarin te zien is hoe hij een 16mm filmcamera koopt in een Nederlandse foto- en filmwinkel. Bron: Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid
In 1925 bracht Kodak de eerste 16mm filmcamera op de markt die met een veerwerk werd aangedreven. Met deze Ciné-Kodak camera (model B) kon ook vanuit de hand worden gefilmd. Na het plaatsen van de film in de camera en het instellen van de focus en belichting moest het veerwerk mechanisch worden opgewonden voordat een opname kon worden gemaakt. Met een volledig opgewonden camera kon men 40 seconden filmen. In latere modellen, zoals de Ciné-Kodak K, werden filmrollen van 30 meter gebruikt. De Kodascope projector kon films van maximaal 122 meter lang projecteren, goed voor een vertoning van ongeveer zestien minuten.
Het laden van een Ciné-Kodak 16mm filmcamera, model K, met een filmrol.
Filmplakpers en accessoires voor een Kodascope 16mm filmprojector.
Een Kodascope 16mm filmprojector, model C, uit ca. 1928.
8mm film
In 1932 bracht Kodak een nieuw amateurfilmformaat uit: 8mm film, ook bekend als "normaal 8" of "dubbel 8". Hiermee werden de kosten van het maken van amateurfilms verlaagd, namelijk door het standaard 16mm filmformaat in tweeën te splitsen en het beeld te verkleinen. Het goedkopere 8mm filmformaat van Kodak was vooral populair bij familiefilmers.
De Ciné-Kodak Eight, een 8mm filmcamera, model 25. Geproduceerd door de Eastman Kodak Company, ca. 1934.
Geluid van een Bell & Howell 'Filmo Sportster' 8mm filmcamera uit de jaren 1930s-1940s.
Een Kodak 'Brownie' 8mm film camera.
Super 8
In 1965 werden de Super 8 en Single 8 cassettefilmsystemen geïntroduceerd. Kodak's Super 8 film werd uitgebracht als opvolger van de standaard 8mm film. Eén van de belangrijkste verschillen met de 9,5mm, 16mm en standaard 8mm smalfilm-technologieën was dat de Super 8 film in een plastic cassette zat. Hierdoor hoefde de film niet langer handmatig in de camera te worden gelegd. Fuji's Single 8-filmsysteem werkte eveneens met een cassette, maar gebruikte polyester in plaats van acetaatfilm.
Een Super 8 filmcassette gezien vanuit de zijkant.
Een Canon 514XL Super 8 filmcamera uit ca. 1976.
Geluid van een lopende Canon 514XL Super 8 filmcamera.
Super 8 en Single 8 filmcamera's waren doorgaans uitgerust met een elektrische motoraandrijving, automatische zoom en belichtingsregeling. Flexibele film viewers en filmprojectoren maakten het mogelijk om zowel reguliere 8mm, Super 8 als Single 8 films te bekijken, monteren en vertonen.
Revue Deluxe Super 8 film viewer, waarmee Super 8 films kunnen worden bekeken en gemonteerd.
De Eumig Mark 8 is een flexibele filmprojector die zowel standaard 8mm, Super 8 en Single 8 films kan projecteren.
Gebruikers, genres en technieken
Met de introductie van de verschillende amateurfilmformaten werd het zelf maken van films toegankelijk voor nieuwe gebruikersgroepen en ontstonden nieuwe genres en technieken. Diverse amateurfilmtijdschriften, -handboeken en -handleidingen werden gepubliceerd met technische informatie, discussies en tips over het maken van amateurfilms.
In dergelijke discussies werd vaak een onderscheid gemaakt tussen twee soorten gebruikers: familiefilmers, die in de eerste plaats geïnteresseerd zijn in het vastleggen van familieherinneringen, en filmhobbyisten, die vooral geïnteresseerd zijn in het experimenteren met nieuwe filmtechnieken en vormen van verhalen vertellen. Het maken van familiefilms werd vaak beschreven als de eerste stap:
De meeste mensen gebruiken hun filmcamera om hun gezin te filmen. Enig! Sommigen filmen daarnaast nog leuke dingen uit de stad en de omgeving. Oók heel erg de moeite waard. Een derde mogelijkheid van uw filmcamera is: zelf verhaaltjes op te nemen! Dat wordt wat!
Dick Boer, Het nieuwe smalfilmboek, 1968
Het maken van een filmscenario werd over het algemeen als een goede gewoonte beschouwd. Sommige handboeken bevatten complete scenario's, bijvoorbeeld voor het maken van familiespeelfilms. Andere veelvoorkomende amateurfilmgenres zijn vakantiefilms, documentaires, animatiefilms, experimentele films en fictiefilms.
Familiespeelfilm Tom de Snelfotograaf, een familiespeelfilm van amateurfilmer Jos A. Huygen uit 1928. Bron: Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid
Vakantiefilm Kampeerfilm 'Trekvogel', een vakantiefilm over kamperen in Nederland, gemaakt door amateurfilmer A.B. Landberg in 1951. Bron: Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid
Documentaire film De Straat, een documentaire film gemaakt door de Nederlandse amateurfilmer A. Carré in 1932. Bron: Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid
Experimentele film Lucifers, een 16mm animatiefilm gemaakt door Johann G. Hunningher in 1938. Bron: Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid
Canovaart in onze tuin, een experimentele film van Nederlandse amateurfilmer Ed Millecam, waarin hij experimenteert met verschillende speciale effecten, zoals omgekeerde beweging. Bron: Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid
Animatiefilm De Vlieg, een 16mm animatiefilm met poppen, gemaakt door de Nederlandse amateurfilmer Harry Schäfer in 1975. Bron: Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid
Filmtitels en montage
Amateurs experimenteerden verder met het maken van filmtitels en -montages. Filmtitels vervulden een belangrijke functie in amateurfilms, die vaak zonder geluid werden gemaakt. Ze gaven contextuele informatie, bijvoorbeeld over de tijd en plaats van de filmopnamen, de personen die erin te zien zijn en hun handelingen. Filmtitels werden op verschillende manieren gemaakt, bijvoorbeeld met behulp van een speciaal Ciné-Kodak filmtitelapparaat.
Een Ciné-Kodak filmtitelapparaat uit de jaren 1930s, bedoeld voor het maken van filmtitels met een Ciné-Kodak 16mm of 8mm filmcamera.
Creatief gebruik van filmtitels in de amateurfilm Opening Baan 06-24 Schiphol van amateurfilmer G. Sanders in 1960. Bron: Nederlands Instituut voor Beeld & Geluid